pelsdier
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- pels·dier
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van pels zn en dier zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pelsdier | pelsdieren |
verkleinwoord | pelsdiertje | pelsdiertjes |
Zelfstandig naamwoord
het pelsdier o
- zoogdier waarvan de behaarde huid als bont gebruikt wordt
- Het fokken van pelsdieren vanwege hun kostbare vacht is een omstreden zaak.
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. zoogdier waarvan de behaarde huid als bont gebruikt wordt
Gangbaarheid
- Het woord pelsdier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.