Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pa·ter·na·lis·me
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord paternalisme
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het paternalismeo

  1. zich te pas en vooral te onpas als een zorgzame vader gedragen, bevoogding
Synoniemen
Antoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

88 % van de Nederlanders;
90 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen