parachutespringer

Nederlands

 
parachutespringer
Uitspraak
Woordafbreking
  • pa·ra·chu·te·sprin·ger
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord parachutespringer parachutespringers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de parachutespringerm

  1. iemand die met een valscherm uit een vliegtuig naar beneden springt
     De parachutespringer bleef waar hij was.[1]
     In de VS is een parachutespringer per ongeluk boven op een honkbalspeler geland. Honkbalwedstrijden worden in Amerika vaak voorafgegaan door speciale stunts en hier probeerden enkele parachutespringers te landen tussen de spelers, maar dat lukte niet helemaal. De honkballer liep alleen wat schrammen op en kon even later gewoon beginnen aan de wedstrijd.[2]
Synoniemen
Hyponiemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. “Advocaat van de Hanen” (1990), De Bezige Bij  , ISBN 9789023479925
  2.   Weblink bron “Parachutespringer landt op honkballer” (21-07-2013), NOS