papoeababbelaar

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  papoeababbelaar    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• pa·poea·bab·be·laar

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  Papoea en "oorspronkelijke bewoners van het eiland Nieuw-Guinea"  en  babbelaar zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	papoeababbelaar	papoeababbelaars
verkleinwoord	papoeababbelaartje	papoeababbelaartjes

Zelfstandig naamwoord

de papoeababbelaar m

1. (zangvogels) Garritornis isidorei  een zangvogel uit de familie Pomatostomidae . Deze soort is endemisch in Nieuw-Guinea en telt 2 ondersoorten

Hyperoniemen

• babbelaars, zangvogels, vogels, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren

Gangbaarheid

• Het woord 'papoeababbelaar' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.