overloophevel
- over·loop·he·vel
- samenstelling van overloop en hevel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | overloophevel | overloophevels |
verkleinwoord | overloopheveltje | overloopheveltjes |
overloophevel m
- (scheikunde) een hevel aangebracht aan de zijde van een vat dat geleidelijk gevuld wordt, waardoor het vat leegloopt wanneer een bepaald peil bereikt is
- Een soxhlettoestel dankt zijn automatische werking aan een overloopheveltje.
1. een hevel aangebracht aan de zijde van een vat dat geleidelijk gevuld wordt, waardoor het vat leegloopt wanneer een bepaald peil bereikt is
- Het woord 'overloophevel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.