ovenwant

Nederlands

Ovenwant

Uitspraak

• Geluid:  ovenwant    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• oven·want

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  oven  en  want 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	ovenwant	ovenwanten
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de ovenwant v / m

1. (huishouden) want om hete schalen, pannen etc. mee aan te vatten

Verwante begrippen

• pannenlap

Vertalingen

    1.   

Spaans: agarrador (es) m

Gangbaarheid

• Het woord ovenwant staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ovenwant" herkend door:

97 %	van de Nederlanders;
93 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.