optasten
- op·tas·ten
- [A] optaste ww met de uitgang -en
- [B] terugvorming uit [A], per abuis opgevat als samenstelling van op bw en tasten ww ; deze opvatting is terug te vinden vanaf 1822 en tegenwoordig de meest gangbare (zie vindplaats hieronder)[1]
[A] optasten
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van optassen
- ...dat wij optasten.
- ...dat jullie optasten.
- ...dat zij optasten.
- En terwijl op onze kleren en hoeden de vlokken zich optasten, veranderde ook het geluid van onze stemmen en zonk weg onder al dat wit. [2]
- ...dat wij optasten.
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
optasten |
tastte op |
opgetast |
zwak -t | volledig |
Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als onbepaalde wijs.
optasten
- overgankelijk in een hoge stapel verzamelen
- En dus zie je stadszwervers zeulen met tassen en koffers op wieltjes. Winkelwagens zijn ook populair, die kun je hoog optasten met dekens, kleren, toiletspullen, flessen, boeken, een blikopener, een matrasje, hondenvoer, een geërfde spiegel, kleurpotloden, een klapstoeltje, een campinggasbrander en nog meer kleren. [3]
- Maar dan zalig hij, die 't koren
Vrolijk optastte in zijn schuur, (…) [4]
- Het woord optasten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Boon, T. denWat ergens hoog opgetast ligt, vormt geen tast maar een tas (9 november 2017) op website: trouw.nl; geraadpleegd 2019-10-08
- ↑ Willems, P."De nevelkathedraal" in: Tirade. 428 jrg. 53 nr. 2 (mei 2009) G.A. van Oorschot, Amsterdam; p. 175; geraadpleegd 2019-10-08
- ↑ Boomen, T. van denSwiebertje-service (7 mei 2004) op website: nrc.nl; geraadpleegd 2019-10-08
- ↑ A.N. van P."Aan mijnen vader, op zijn' verjaardag." (februari 1822) in: Vaderlandsche Letteroefeningen. deel 2 (1823) G.S. Leeneman van der Kroe en J.W. IJntema, Amsterdam; p. 45; geraadpleegd 2019-10-08