Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • net·werk·kaart
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord netwerkkaart netwerkkaarten
verkleinwoord netwerkkaartje netwerkkaartjes

Zelfstandig naamwoord

de netwerkkaartv / m

  1. (informatica) uitbreidingskaart waarmee een computer op een netwerk kan worden aangesloten. Tegenwoordig maakt deze meestal standaard deel uit van het moederbord van de computer (onboard) en is er geen sprake meer van een aparte netwerkkaart
Verwante begrippen
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid