nalezing
- na·le·zing
- Naamwoord van handeling van nalezen met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | nalezing | nalezingen |
verkleinwoord |
de nalezing v
- het opnieuw lezen van een tekst
- een akker nog eens nalopen om te zien of er nog wat te oogsten valt
- [1] herlezing
- [2] nasprokkeling
- Het woord nalezing staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "nalezing" herkend door:
87 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be