motecht
- mot·echt
- samenstelling van mot zn en echt bn
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | motecht | motechter | motechtst |
verbogen | motechte | motechtere | motechtste |
partitief | motechts | motechters | - |
motecht
- (van textiel) bestand tegen vraat door rupsjes van de klerenmot Tineola biseliella
- Door kleine hoeveelheden kunstvezels door wol te mengen, worden de rupsen gehinderd. Ook zijn er chemische behandelingen gekomen om kledingstukken langere tijd of zelfs permanent ‘motecht’ te maken. [1]
- Het woord motecht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "motecht" herkend door:
16 % | van de Nederlanders; |
8 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Biersma, R.Verdwenen: Tegen de vlindertjes in de kast (14 mei 2012) op website: nrc.nl; geraadpleegd 2019-09-22
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be