motechters
- Geluid: motechters (hulp, bestand)
- IPA: / ˈmɔtɛxtərs / (3 lettergrepen)
- mot·ech·ters
- motechter met de uitgang -s
motechters
- partitief van de vergrotende trap van motecht
- Kleding van wol zit wel lekker, maar ik heb liever iets motechters.
- Het woord motechters staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.