Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mo·de·ge·voe·lig
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen modegevoelig modegevoeliger modegevoeligst
verbogen modegevoelige modegevoeligere modegevoeligste
partitief modegevoeligs modegevoeligers -

Bijvoeglijk naamwoord

modegevoelig

  1. van een persoon of een zaak dat deze beïnvloed kan worden door wat de mode voorschrijft
     Mesiano werd in het geniep gefilmd terwijl hij op zijn vrije zaterdagochtend 'rusteloos' in het park wandelt, sigaretten rookt en zich laat inzepen bij de kapper. Een vrouwelijke commentaarstem sprak hijgerig van extravagant gedrag. Maar het ergste waren de sokken. De camera zoemde in en ontdekte dat ze turkoois waren. Maller kan niet in modegevoelig Italië.[1]
Afgeleide begrippen
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Tegenstanders Berlusconi kiezen kleur” (21 oktober 2009,), Het Parool