minje
- min·je
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | minje | minjonem |
verkleinwoord |
het minje o
- (Jiddisch-Hebreeuws) quorum van tien mannen dat nodig is voor bepaalde gebeden en daarmee ook voor een synagogedienst
- Hebreeuws: minjan
- Het woord 'minje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.