mensenluizen
- (IPA in voorbereiding)
- men·sen·lui·zen
- samenstelling van mens zn en luizen zn met het invoegsel -en-
- mensenluis zn met de uitgang -en
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | mensenluizen | |
verkleinwoord |
de mensenluizen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord mensenluis
- meervoudsvorm als officiële benaming (dierluizen) Pediculidae een familie uit de orde Phthiraptera . Deze kleine, bleke luizen hebben een langwerpig, peervormig en afgeplat lichaam met een smalle kop en korte pootjes met klauwtjes. De lichaamslengte bedraagt 2 tot 6 mm
- [2] dierluizen, insecten, zespotigen, geleedpotigen, dieren
- Het woord 'mensenluizen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.