Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • mas·ker·spreeuw
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord maskerspreeuw maskerspreeuwen
verkleinwoord maskerspreeuwtje maskerspreeuwtjes

Zelfstandig naamwoord

de maskerspreeuwv / m

  1. (zangvogels) Sturnornis albofrontatus   een vogelsoort uit de familie Sturnidae   die endemisch voorkomt op Sri Lanka, daar noemen zij hem in het Sinhala de Hisa sudu Sharikava. In de vorige eeuw werd de maskerspreeuw in het geslacht Sturnus   geplaatst
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie