maskeribis
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: maskeribis (hulp, bestand)
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- mas·ker·ibis
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van masker zn en ibis zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | maskeribis | maskeribissen |
verkleinwoord | maskeribisje | maskeribisjes |
Zelfstandig naamwoord
de maskeribis m
- (roeipotigen) Phimosus infuscatus een vogel uit de familie Threskiornithidae (Ibissen en lepelaars). Deze soort komt wijdverspreid voor in Zuid-Amerika en telt 3 ondersoorten
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'maskeribis' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.