mangoesten
- Geluid: mangoesten (hulp, bestand)
- IPA: / mɑŋˈɣustəə(n) / (4 lettergrepen); /mɑŋˈɣustəə(n)/
- man·goes·ten
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | mangoesten | |
verkleinwoord |
de mangoesten mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord mangoest
de mangoesten mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord mangoeste
- meervoudsvorm als officiële benaming (roofdieren) Herpestidae een familie van kleine roofdieren
- [2] zebramangoesten
- [2] Afrikaanse tropische savannemangoeste, alexanderkoesimanse, angolakoesimanse, dwergmangoest, Egyptische ichneumon, grijze meerkat, Indische ichneumon, Indische mangoeste, koesimanse, kortstaartmangoeste, krabbenetende mangoeste, langsnuitmangoeste, liberiakoesimanse, mellermangoeste, moerasmangoeste, platkopkoesimanse, ruigharige dwergmangoeste, slanke mangoeste, stokstaartje, vosmangoest, witstaartmangoeste
- bruine mangoest, grandidiermangoest, ringstaartmangoest, smalstreepmangoest, vijfstreepmangoest, zebramangoest
- Het woord mangoesten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.