• le·ver·traan
  • In de betekenis van ‘olie gewonnen uit levers van kabeljauwachtigen’ voor het eerst aangetroffen in 1636 [1]
  • samenstelling van  lever  en  traan 
enkelvoud meervoud
naamwoord levertraan levertranen
verkleinwoord - -

de levertraanm

  1. (voeding) een dierlijke olie, gewonnen uit de lever van kabeljauw, schelvis en andere vissen uit de familie van schelvissen, de Gadidae; vooral vroeger wel gebruikt als voedingssupplement
    • Als kind moest ik elke dag een lepel levertraan innemen. 
97 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[2]