levensmiddel
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- le·vens·mid·del
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van leven en middel met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | levensmiddel | levensmiddelen |
verkleinwoord | levensmiddeltje | levensmiddeltjes |
Zelfstandig naamwoord
levensmiddel o
- (voeding) een van de goederen die het leven in stand houden, zoals etenswaren
- Hij heeft een rijk assortiment aan levensmiddelen.
Vertalingen
1. een van de goederen die het leven in stand houden, zoals etenswaren
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord levensmiddel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.