• leus
enkelvoud meervoud
naamwoord leus leuzen
verkleinwoord leusje leusjes

de leusv / m

  1. korte formulering, gebruikt als aansporing naar een groot aantal mensen
    • Op het spandoek van de vredesdemonstranten stond de leus 'kernwapens de wereld uit te beginnen in Nederland'. 
     Vandaag, na zeven jaar, maakt het bedrijf een nieuwe leus bekend: Taste the Feeling.[4]
94 % van de Nederlanders;
68 % van de Vlamingen.[5]