Een letterhout [1]
  • let·ter·hout
enkelvoud meervoud
naamwoord letterhout letterhouten
verkleinwoord
 
Letterhout [2]

het letterhouto

  1. (plantkunde) m Brosimum guianense   een boomsoort die o.a. in Suriname groeit[2]
      De Bomen die tot Timmeringe gebruikt worden, als, Cederen-hout, in twe zoorten. Letter-hout, zo menigvuldig dat het vervoert word. Wanen, Locus, Bruin-hart, Groen-hart, Bijl-hout, Bolletrye, geel Spikkel-hout, Krap-hout, Yzer of Zink-hout, wegens zijn vastigheid.[3]
  2. o de hardhoutsoort verkregen van 1)
      Het Letterhout is de pit van eenen zeer harden boom, die men boven in de rivieren vindt; verder is het bruin met zwarte vlakken,' het wordt in Europa alleenlyk voor cabinetwerk gebruikt, maar het is zo schaars dat het byna in onbruik is geraakt[.][4]
  1.   Weblink bron
    Bancroft, Edward
    “Beschryving van Guiana, en een bericht van de rivieren en plantagien Berbice, Essequebe en Demerary. In brieven.” (1794)
  2. tropenbos
  3.   Weblink bron
    J.D. Herlein
    “Beschryvinge van de volk-plantinge Zuriname” (1718)
  4.   Weblink bron
    Blom, Anthony
    “Verhandeling over den landbouw, in de colonie Suriname.” (1786)