• le·ger·or·der
enkelvoud meervoud
naamwoord legerorder legerorders
verkleinwoord

de legerorderv / m

  1. (militair) een opdracht van het leger
     deze woorden uit een legerorder van Bonaparte bij het begin van de veldtocht vielen hem in, en deze woorden wekten in hem evenzeer bewondering voor de geniale held als een gevoel van gekrenkte trots en de hoop op roem.[2]
     Legerorder voor TenCate uit Noorwegen: Technisch-textielbedrijf TenCate heeft opnieuw een order gekregen voor de levering van vlamvertragende weefsels voor militaire uniformen.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Oorlog en Vrede” (1869), van Oorschot, ISBN 978902825115 1
  3.   Weblink bron “Legerorder voor TenCate uit Noorwegen” (14-04-2010), Tubantia