krijgstocht
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: krijgstocht (hulp, bestand)
Woordafbreking
- krijgs·tocht
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | krijgstocht | krijgstochten |
verkleinwoord | krijgstochtje | krijgstochtjes |
Zelfstandig naamwoord
de krijgstocht m
- (militair) militaire campagne; militire veldtocht
- ▸ De helft van de dorpen die hij passeerde stond leeg als na een vijandelijke krijgstocht, de velden waren verlaten en er was niet geoogst, en dit waren ook inderdaad de gevolgen van een oorlog, een burgeroorlog.[2]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord krijgstocht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.