kozak
Niet te verwarren met: Kozak |
- ko·zak
- van Russisch козак (kozak), in de betekenis van ‘lid van Russisch ruitervolk’ voor het eerst aangetroffen in 1620 [1] [2] [3]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kozak | kozakken |
verkleinwoord |
de kozak m
- (militair) ruiter in het Russische leger
- Het woord kozak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kozak" herkend door:
83 % | van de Nederlanders; |
79 % | van de Vlamingen.[6] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ kozak op website: Etymologiebank.nl
- ↑ "kozak" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Weblink bron P.J. Buijnsters & Leontine Buijnsters-Smets“Lust en Leering. Geschiedenis van het Nederlandse kinderboek in de negentiende eeuw.” (2001), Waanders, Zwolle, ISBN 9040095299, p. 273 op Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren
- ↑ Weblink bron C.J. Kieviet“In Den Otter. Een ware gebeurtenis uit het jaar 1813.”, 5de druk (1929), Valkhoff & Co., Amersfoort, p. 205 op Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be