kontlikken
- Geluid: kontlikken (hulp, bestand)
- IPA: / ˈkɔntlɪkə(n) / (3 lettergrepen)
- kont·lik·ken
- samenstelling van kont zn en likken ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
kontlikken |
kontlikte |
gekontlikt |
zwak -t | volledig |
kontlikken
- overgankelijk (seksualiteit) met de tong een fijn gevoel bezorgen door de huid rond de anus te stimuleren
- ▸ Wil hij pijpen, kontlikken, aftrekken?[1]
- overgankelijk (figuurlijk) (pejoratief) op overdreven onderdanige manier gunstig proberen te stemmen
- ▸ Als de echte professional die ze was, begon ze met enig oordeelkundig kontlikken. ‘Wel, meneer Van Straten, dankzij uw briljante tussenkomst zijn we een heel eind op weg om de controle over deze bijzonder delicate situatie weer in eigen hand te nemen. (…)’[2]
- [1] baffen
- Het woord kontlikken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Jonas Gardell (vert. Kim Liebrand)“De dood: een verhaal van liefde, ziekte en dood” (2015), De Geus, Breda, ISBN 9789044526844
- ↑ Weblink bron Sean Black“Alarmfase” (2010), De Vliegende Hollander, Amsterdam, ISBN 9789049501440, hfst. 21