koeltas
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- koel·tas
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | koeltas | koeltassen |
verkleinwoord | koeltasje | koeltasjes |
Zelfstandig naamwoord
- tas waarin met etenswaren en dranken koel kan houden door middel van voorgekoelde koelelementen
- Dat was mijn eer te na en ik vroeg of ik niet mee kon doen. Geen probleem, zei ze, en even later vond ik mezelf terug tussen een stel opgewonden leerlingen van het ROC. Zij voorzagen me van een messenset, een pollepel en een snijplank. De bijbehorende koeltas bevatte paprika, tomaat, sjalotjes, bosuitjes, knoflook, taugé, kip en rijstvellen. Op tafel zag ik bosjes verse koriander, olijfolie, teriyakisaus, peper en zout. De ceremoniemeester riep: De deuren gaan nú dicht. [2]
- De Voedselbank hanteert strenge regels. Eén keer een voedselpakket zonder reden niet ophalen, betekent dat je wordt geschrapt van de lijst. Ben je niet in staat het pakket op te halen, dan moet je iemand anders regelen. Gekoelde artikelen moeten mee in een koeltas (2.50 borg) van de Voedselbank. [3]
Synoniemen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord koeltas staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "koeltas" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[4] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Het Parool 28 SEPTEMBER 2008 Koken in de buik van de stad
- ↑ Tubantia 02-09-15, Voedselbank Losser gaat verhuizen naar oude timmerfabriek
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be