kloosteroverste
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: kloosteroverste (hulp, bestand)
- IPA: / ˈklostərˌovərstə / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- kloos·ter·over·ste
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kloosteroverste | kloosteroversten |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- (beroep) (religie) geestelijke die leiding geeft aan een instelling waarbinnen mensen zich terugtrekken om een godsdienstig leven te leiden
- Na acht jaar werd hij in 2002 benoemd tot kloosteroverste in de priorij van de abdij in Hierden. [2]
Hyponiemen
Gangbaarheid
- Het woord kloosteroverste staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.