klankrijk
- klank·rijk
- samenstelling van klank en rijk
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | klankrijk | klankrijker | klankrijkst |
verbogen | klankrijke | klankrijkere | klankrijkste |
partitief | klankrijks | klankrijkers | - |
klankrijk [1]
- met een rijke volle klank
- En nu waagt het groovende en improviserende strijkkwartet Zapp4 zich aan een Radiohead ‘songbook’, met de nieuwe cd We Suck Young Blood. „Radiohead maakt heel melodische, transparante muziek”, zegt violist Jasper le Clercq van Zapp4. „Het zijn popliedjes, maar ze hebben geen flauwe vorm. En het is klankrijke muziek. Hoe ze rare afwijkende instrumenten als een glasorgel inzetten, bijvoorbeeld in het nummer ‘How to Dissapear Completely’. Het is geladen muziek. Er broeit steeds iets onder alle lagen. We zitten soms echt met kippenvel te spelen.”[2]
1. met een rijke volle klank
- Het woord klankrijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ NRC Amanda Kuyper 11 december 2012