kinesitherapie
- ki·ne·si·the·ra·pie
- In de betekenis van ‘bewegingstherapie’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1934 [1]
- samenstelling van kinesie zn en therapie zn [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kinesitherapie | |
verkleinwoord |
de kinesitherapie v
- (medisch) paramedisch beroep dat zich bezighoudt met de behandeling van klachten aan het steun- en bewegingsapparaat van de mens
1.
- Het woord kinesitherapie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kinesitherapie" herkend door:
59 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[5] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "kinesitherapie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ kinesitherapie op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Het Parool 28 JANUARI 2013 Meisje bijna verpletterd onder eigen megasneeuwbal
- ↑ De Standaard 22/12/2017 door Pieter Lesaffer ‘Voer ingangsexamen in voor kinesisten en logopedisten’
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be