Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kin·der·werk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kinderwerk kinderwerken
verkleinwoord kinderwerkje kinderwerkjes

Zelfstandig naamwoord

het kinderwerko

  1. iets wat heel gemakkelijk is om te doen
    • "We balen ontzettend, maar dit is geen kinderwerk. Dit is voor echte mannen. En dus moeten we mannen zijn en knokken voor een zege", aldus een strijdvaardige Mourinho, die laatste tijd behoorlijk in de steek wordt gelaten door Zlatan Ibrahimovic.[2] 
  2. iets wat zo dom is dat het alleen door kinderen gedaan kan worden
    • Een van de ijsvandalen die actief waren bij het dorpshoes heeft inmiddels via een 'briefje'zijn excuses aangeboden. Secretaris Morsink rekent het de daders niet al te zwaar aan: "Kinderwerk, het zij zo. Laat ze er lering uit trekken. Niet iedereen kan de waarde van het ijs goed inschatten."[3] 
  3. werk dat je doet voor en met kinderen
    • Najlaa is druk met kinderwerk bij Impuls locatie Breedwijs en daarnaast werkt ze bij de dagopvang voor dementerende ouderen bij de zorgfederatie Oldenzaal. De vrijwilliger doet haar werk met hart en ziel. Ze voelt de sterke behoefte iets bij te dragen aan de maatschappij. Ook omdat ze vooroordelen over vluchtelingen wil wegnemen. „Ik respecteer de Nederlandse cultuur. Wanneer ik iemand hoor zeggen 'dit is niet mijn land', vraag ik me af: waarom ben je dan hier? Nederland is een mooi land. Om te integreren moet je inzet tonen. Dat is wat ik doe.”[4] 
Antoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
95 % van de Vlamingen.[5]

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. de Telegraaf 25 okt. 2016
  3. Tubantia 23-JANUARI-2017,
  4. Tubantia Aileen Slot 08-DECEMBER-2017
  5.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be