keynesiaans
- Geluid: keynesiaans (hulp, bestand)
- IPA: / ˌkensiˈjans / (3 lettergrepen)
- keyne·si·aans
- eponiem afgeleid met het achtervoegsel -iaans van de familienaam van de 20e-eeuwse Britse econoom J.M. Keynes , geschreven met een kleine letter volgens spellingregel 16.C
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | keynesiaans | keynesiaanser | keynesiaanst |
verbogen | keynesiaanse | keynesiaansere | keynesiaanste |
partitief | keynesiaans | keynesiaansers | - |
keynesiaans
- (economie) (politiek) volgens de economische leer van John Maynard Keynes waarbij de regering een anticyclische begrotingspolitiek zou moeten voeren: grotere tekorten maken als er crisis is en bezuinigen als de economie groeit
- Die Zesde Republiek wil Hamon ook. En beiden willen keynesiaans meer geld uitgeven om de economie te stimuleren. Maar anderszins blijven er grote verschillen. [1]
1. volgens de economische leer van John Maynard Keynes waarbij de regering een anticyclische begrotingspolitiek zou moeten voeren: veel tekorten maken als er crisis is en bezuinigen als de economie groeit
- Het woord keynesiaans staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ NRC Peter Vermaas 30 maart 2017