Nederlands

 
de kerkscheuringen in de gereformeerde kerk
Uitspraak
Woordafbreking
  • kerk·scheu·ring
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kerkscheuring kerkscheuringen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de kerkscheuringv

  1. een groep gelovigen die zich afscheidt van de oorspronkelijke kerk
    • De onderlinge strijd was vaak heftiger dan die tegen de ‘perfide’ Roomse Moederkerk - ook al draaide het om theologische pietluttigheden. Zelfs de kerkscheuringen van de 20ste eeuw begrijpen wij vaak niet meer. Maar voor de betrokkenen betekenden ze behoud of verdoemenis. [2] 
Synoniemen
Vertalingen
   1. zie: schisma   

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen