Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kap·ta·fel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kaptafel kaptafels
verkleinwoord kaptafeltje kaptafeltjes

Zelfstandig naamwoord

de kaptafelv / m

  1. een tafel met een spiegel erboven en met laatjes voor toiletbenodigdheden
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

95 % van de Nederlanders;
83 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be