Nederlands

 
kademuur
Uitspraak
Woordafbreking
  • ka·de·muur
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kademuur kademuren
verkleinwoord kademuurtje kademuurtjes

Zelfstandig naamwoord

de kademuurm

  1. (waterbeheer) muur die een gracht begrenst; muur langs het water
     Enkele lantaarns verlichtten de haven, waar een paar achtergebleven vissersboten lagen te schuren tegen de autobanden aan de kademuur.[1]
     Een ingestort stuk kademuur bij de Nassaukade in maart vorig jaar[2]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Henning Mankell (vert.Clementine Luijten)
    “Italiaanse schoenen” (2011), De Geus (uitgeverij), ISBN 9789044521832
  2.   Weblink bron “700 meter aan kade afgesloten tijdens Canal Parade vanwege instortingsgevaar” (25-07-2019), NOS