muur
- muur
- [A] ‘gemetselde wand’; aangetroffen vanaf 901 [1]; Middelnederlands muur m, mūre v, vroeg leenwoord uit Latijn mūrus.[2] Evenzo ontleend zijn Nederduits Müür, Duits Mauer en Fries muorre.
- [B] ‘kruidachtige plant’; uit vroeger muer(kruyd), uit Middelnederlands miere, mure v, ontwikkeld uit Oergermaans *meurja- o,[3] verdere herkomst onbekend.[4] Evenals Nederduits Mier, Duits dial. Miere, Meier en Fries mier, mierre.
1 | enkelvoud | meervoud |
---|---|---|
naamwoord | muur | muren |
verkleinwoord | muurtje | muurtjes |
[A] de muur m
- (bouwkunde) verticale vlakke constructie van metselwerk [2]
- Op deze oude muur is een al bijna even oude schildering te zien.
- (informeel) een heel steile weg
- ▸ De Touretappe van donderdag eindigt op een gevreesde Vogezentop. Die onvervalste muur zal de eerste schifting in de Tour doorvoeren.[5]
- (figuurlijk) iets met het uiterlijk of andere kenmerken van een steile wand
- ▸ Toen ik de gigantische muur inktzwarte wolken op me af zag komen barstte ik in tranen uit.[6]
|
- De muren hebben oren
let op wat je zegt, iedereen kan het horen
- Gekken en dwazen schrijven hun namen op muren (of deuren) en glazen
mensen die het minst te melden hebben, schreeuwen vaak het hardst
- Iemand van het kastje naar de muur sturen
iemand aan het lijntje houden, altijd ergens anders naartoe sturen ofwel: niemand die hem wil helpen en hem steeds maar doorstuurt
- Met de rug tegen de muur staan
geen kant op kunnen, hooguit een laatste uitweg
- Met het hoofd tegen de muur lopen
mislopen
1. verticale vlakke constructie van metselwerk
|
|
2 | enkelvoud | meervoud |
---|---|---|
naamwoord | muur | - |
verkleinwoord | muurtje | muurtjes |
- (bloemplanten) een geslacht Stellaria van kruidachtige planten uit de anjerfamilie (Caryophyllaceae ). De typesoort is Stellaria graminea . Het geslacht komt wereldwijd voor met zo'n 175 soorten. De meeste soorten hebben vijftallige, witte kroonbladen [4]
- Muur kun je ook door de sla doen.
- bosmuur, duinvogelmuur, grasmuur, grote muur, heggenvogelmuur, moerasmuur, vogelmuur, watermuur, zeegroene muur
- donkere vetmuur, drienerfmuur, gewone zandmuur, kransmuur, kruismuur, liggende vetmuur, priemvetmuur, sierlijke vetmuur, tengere veldmuur, tengere zandmuur, uitstaande vetmuur, veldmuur, vetmuur, zandmuur, zeevetmuur, zinkveldmuur
1. kruidachtige plant
- Het woord muur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "muur" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[7] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [B 1] muur op Wikidata
- ↑ "muur" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ 2,0 2,1 muur op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Guus Kroonen, Etymological Dictionary of Proto-Germanic, Leiden: Brill, 2013, blz. 368.
- ↑ 4,0 4,1 muur op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron Rob Gollin“De helling van de mooie meisjes knijpt de renner de keel dicht” (10 juli 2019), de Volkskrant
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be