• jon·gens·gek
enkelvoud meervoud
naamwoord jongensgek jongensgekken
verkleinwoord - -

de jongensgekv

  1. (pejoratief) meisje dat overmatig probeert om de aandacht van mannelijke leeftijdgenoten te krijgen
     Al haar adviezen heb ik ter harte genomen. Alleen dat ene: „Pas op dat je geen jongensgek wordt; een meisje moet zich hoog houden” heb ik iets te vaak in de wind geslagen.[1]
  1.   Weblink bron
    Annemarie Oster
    “Pas op dat je geen jongensgek wordt” (21 juli 2017) op nrc.nl