jodenkoek
- jo·den·koek
- samenstelling van jood en koek met het invoegsel -en-
- De bereiding en de naamgeving van deze koeksoort verwijst mogelijk naar een Joods-Iberische (Sefardische) culinaire traditie. Een gelijkaardige koek met dezelfde benaming van “joodse koek” is eveneens bekend in de Scandinavische landen.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | jodenkoek | jodenkoeken |
verkleinwoord | jodenkoekje | jodenkoekjes |
de jodenkoek m
- (voeding) grote, platte koek van zanddeeg
1.
- Het woord jodenkoek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "jodenkoek" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
65 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be