in- en inverlegen
- Geluid: in- en inverlegen (hulp, bestand)
- IPA: /ˈɪn ɛn ˈɪnvərˌleɣə(n)/
- in- en in·ver·le·gen
- intensiverende afleiding van verlegen (bijvoeglijk naamwoord) met reduplicatie van in- (versterkend voorvoegsel)
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | in- en inverlegen | - | - |
verbogen | in- en inverlegen | - | - |
in- en inverlegen
- uiterst schuchter
- Ze heeft het naar haar zin op school, meer dan ooit, maar jeetje wat is het moeilijk om je staande te houden als je in-en inverlegen bent... [1]
- Het woord 'in- en inverlegen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Von"Re: brugklas in 2013/2014" (11 december 2013)) op website: hb-kind-forum.nl; geraadpleegd 2015-07-28