hoofdoverspanning

(rechts, met de boog) hoofdoverspanning
van de vroegere spoorbrug bij Culemborg, links 8 kleinere overspanningen
  • hoofd·over·span·ning
enkelvoud meervoud
naamwoord hoofdoverspanning hoofdoverspanningen
verkleinwoord

de hoofdoverspanningv

  1. (bouwkunde) deel van een brug tussen de twee opeenvolgende steunpunten die het verst uit elkaar liggen
    • Voor zeer grote overspanningen betekende dit dat de brugligger ook zeer hoog zou worden, bij de hoofdoverspanning bij Culemborg ongeveer 15 meter. [1]