Nederlands

 
brug met 8 aanbruggen
Uitspraak
Woordafbreking
  • aan·brug
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aanbrug aanbruggen
verkleinwoord aanbrugje
aanbruggetje
aanbrugjes
aanbruggetjes

Zelfstandig naamwoord

de aanbrugv / m

  1. het gedeelte van een brug dat een hoofdoverspanning met het landhoofd verbindt
     Verder staat er schilderwerk op het programma. De hefbrug en de zogenoemde oprijdbrug (ook wel aanbrug genoemd) op de Kerkweg-Oost zouden in het voorjaar en de zomer van 2012 onder handen worden genomen door de provincie Zuid-Holland en de gemeente Waddinxveen.[1]
     De brug is bijzonder. De oeververbinding telt drie onderdelen: een stalen hoofdoverspanning van 285 meter, een zogenaamde noordelijke aanbrug door de uiterwaarden en een zuidelijke aanbrug over een industrieterrein. De totale lengte –inclusief deze op- en afritten– bedraagt 1,5 kilometer.[2]
Vertalingen

Gangbaarheid

24 % van de Nederlanders;
32 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Hefbrug Waddinxveen stort 30 meter naar beneden” (9 juni 2011), Het Parool
  2.   Weblink bron
    Gerard ten Voorde
    “Nijmegen krijgt een nieuwe Waalbrug” (17-04-2013), Reformatorisch Dagblad
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be