heterdaad
- he·ter·daad
- samenstelling van heter bn en daad zn , een oude datief van hete daad: de daad heeft nog geen tijd gehad om 'af te koelen' [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | heterdaad | - |
verkleinwoord | heterdaadje | heterdaadjes |
- (ordehandhaving) aanhouding op het moment dat de verdachte met de uitvoering van een misdrijf begint
- ▸ Bij een heterdaad is iedereen bevoegd een verdachte aan te houden, zo staat het in de wet.[2]
- op heterdaad betrappeneen verdachte aanhouden zodra hij met het misdrijf begint
- • De op heterdaad betrapte mannen werden in boeien afgevoerd.
1. op ~ betrappen: een dader vatten terwijl het misdrijf nog in volle gang is
- Het woord heterdaad staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "heterdaad" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ heterdaad op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron Freek Schravesande“Incident Assen: aanhouden mag, maar waar ligt de grens?” (26 augustus 2019) op nrc.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be