• he·ter·daad
enkelvoud meervoud
naamwoord heterdaad -
verkleinwoord heterdaadje heterdaadjes

de heterdaadv / m

  1. (ordehandhaving) aanhouding op het moment dat de verdachte met de uitvoering van een misdrijf begint
     Bij een heterdaad is iedereen bevoegd een verdachte aan te houden, zo staat het in de wet.[2]
  • op heterdaad betrappen
    een verdachte aanhouden zodra hij met het misdrijf begint
• De op heterdaad betrapte mannen werden in boeien afgevoerd. 
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[3]
  1. heterdaad op website: Etymologiebank.nl
  2.   Weblink bron
    Freek Schravesande
    “Incident Assen: aanhouden mag, maar waar ligt de grens?” (26 augustus 2019) op nrc.nl  
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be