hefboom
- hef·boom
- samenstelling van hef en boom [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hefboom | hefbomen |
verkleinwoord | hefboompje | hefboompjes |
de hefboom m
- (natuurkunde) staaf of boom die op een draaipunt rust en waarvan de lange arm bewogen wordt om een zwaar voorwerp op de korte arm in beweging te zetten
- Archimedes hield zich al met het beginsel van de hefboom bezig.
- Het woord hefboom staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "hefboom" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ hefboom op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be