Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • grond·recht
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord grondrecht grondrechten
verkleinwoord grondrechtje grondrechtjes

Zelfstandig naamwoord

het grondrechto

  1. de fundamentele rechten of mensenrechten, zijn rechten van individuele burgers tegenover de staat en indirect (door een belangenoverweging) tussen burgers
    • Vrijheid van godsdienst is een van de belangrijkste grondrechten van een mens. 
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid