grondijs
- grond·ijs
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | grondijs | |
verkleinwoord |
het grondijs o
- een verzamelnaam voor een verschijnsel waarbij schijnbaar ijs vanaf de bodem in relatief ondiep water omhoog komt drijven
- Gistermiddag was Hylkema opnieuw op het tien centimeter dikke ijs van het Slotermeer. De baan tussen Sloten en Balk is inmiddels met machines sneeuwvrij geveegd. Maar de kwaliteit van het ijs is „bar slecht”, constateerde hij. „De oostenwind heeft veel schotsen en grondijs richting Balk gespoeld. Er liggen scherven ijs. Als we weer gaan vegen, hopen we de ijsvloer wat te egaliseren.” De kou moet de rest doen. [2]
- De minikristalletjes, praktisch onzichtbaar, zetten zich merkwaardig makkelijk vast op de bodem van beken en stromen en vormen daar het geheimzinnige grondijs (anchor ice) dat inmiddels al in situ is gefotografeerd en gefilmd en zelfs in laboratoriumopstellingen is opgewekt. [3]
1. verschijnsel waarbij ijs vanaf de bodem omhoog komt drijven
- Het woord grondijs staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "grondijs" herkend door:
83 % | van de Nederlanders; |
73 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ NRC Karin de Mik 6 februari 2012 De Luts, bij Sloten, is nog een probleem
- ↑ NRC Karel Knip 10 februari 2017 De tijden van pannenkoekenijs zijn voorbij
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be