• (IPA in voorbereiding)
  • ge·wo·ne braam
enkelvoud meervoud
naamwoord gewone braam gewone bramen
verkleinwoord gewoon braampje gewone braampjes

gewone braam

  1. (bloemplanten) een sectie Rubus sect. Rubus   een algemeen in Nederland en Vlaanderen voorkomende struik uit de rozenfamilie (Rosaceae  ). Het omvat niet een enkele soort maar is te beschouwen als een sectie van circa 158 sterk op elkaar lijkende soorten bramen