gerieflijkheid
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ge·rief·lijk·heid
Woordherkomst en -opbouw
- afleiding van gerieflijk met het achtervoegsel -heid
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gerieflijkheid | gerieflijkheden |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de gerieflijkheid v
- de mate waarin iets comfortabel en gemakkelijk is
Synoniemen
Antoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'gerieflijkheid' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.