geriefelijk
- Geluid: geriefelijk (hulp, bestand)
- ge·rie·fe·lijk
- afgeleid van gerief (stam van het werkwoord gerieven) met het achtervoegsel -lijk met het invoegsel -e-
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | geriefelijk | geriefelijker | geriefelijkst |
verbogen | geriefelijke | geriefelijkere | geriefelijkste |
partitief | geriefelijks | geriefelijkers | - |
geriefelijk
- heel comfortabel en prettig
- Hij woonde in een geriefelijke woning
- Het woord geriefelijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "geriefelijk" herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
91 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be