geluksklokje
- (IPA in voorbereiding)
- ge·luks·klok·je
- samenstelling van geluk en klokje zn met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | geluksklokje | geluksklokjes |
verkleinwoord |
het geluksklokje o dim. tant. [1]
- (bloemplanten) Cortusa matthioli een overblijvende plant uit de sleutelbloemfamilie (Primulaceae ) die te vinden is in de gebergtes van Midden-Europa, Oost-Europa en Zuid-Europa en van Azië
- Het woord 'geluksklokje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [1] geluksklokje op Wikidata