geleidingsband
- ge·lei·dings·band
- samenstelling van geleiding en band met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | geleidingsband | geleidingsbanden |
verkleinwoord | - | - |
de geleidingsband v
- (natuurkunde) de band direct onder de valentieband waarin elektronen in een atoom rond een kern zich kunnen bevinden en die bij geleiders praktisch samenvalt met de valentieband
- Het woord 'geleidingsband' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.