gegijzelde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: gegijzelde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ge·gij·zel·de
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gegijzelde | gegijzelden |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- iemand die gevangen genomen is om iets af te dwingen
- Er waren zes gegijzelden aan boord.
Synoniemen
Antoniemen
Vertalingen
Werkwoord
vervoeging van: | gijzelen… |
gegijzelde
Gangbaarheid
- Het woord gegijzelde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "gegijzelde" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be